maandag 23 mei 2016

0

Auteursontmoeting met Piet De Loof


Dat Piet De Loof geen klassieke auteurslezingen geeft, werd die elfde mei vanaf de eerste seconde duidelijk. Piet liet een paar minuten etherische muziek horen en ging ondertussen doodleuk tussen de leerlingen van het derde middelbaar zitten. Zonder een woord te zeggen - een impliciete uitnodiging om eens goed te luisteren naar wat weerklonk.

Piet De Loof ademt muziek. Van de eikenhouten Johann Sebastian Bach tot de electronische avantgardist Matthew Herbert. Al zijn jeugdromans zijn doortrokken van muziek. In Het laatste lied helpt Viola, de vijftienjarige dochter van een beroemde sopraan, mensen uit de nood. Voor iedere stemming vindt ze wel een liedje op haar iPod. De schoonheid van Clara gaat over een talentvolle pianiste die tijdens een muziekconcours instort en het podium moet verlaten. De zestienjarige Ludovic uit Ssst! heeft gehoorschade opgelopen in een studentencafé.


Zelfs Mijn vriend Hitler, een historisch accurate roman over de jeugdjaren van Hitler, draait goeddeels om muziek. August Kubizek wordt - in pijnlijke tegenstelling met zijn colerieke kameraadje 'Adi' - toegelaten tot de Weense academie en zal het schoppen tot dirigent.

"Muziek moet zowat de meest directe kunstvorm zijn," zei Piet. "Binnen enkele tellen moeten we ons verhouden tot een muziekstuk. Muziek kan nooit niets doen. De impact is acuut, terwijl een boek, een tekst zich pas na de nodige inspanning prijsgeeft." Omgekeerd worden wij op onze beurt gestuurd door de muziek. Om dat aan te tonen liet Piet een bibberig filmpje zien dat hij in de gauwte had gemaakt in een Gents park. Op zich nietszeggende beelden, maar zet er spannende / vrolijke / melancholische muziek onder en de beelden beginnen prompt een verschillend verhaal te vertellen.


Piet komt uit Oudenaarde. Hij werkte voorheen als redacteur en journalist, en verdient nu naast het schrijven van jeugdboeken ook zijn brood als copywriter. In een levendige stijl vertelde hij het publiek hoe het is om schrijver te zijn, en probeerde daarbij de voorspelbare vragen voor te blijven. De klassieke vraag over inspiratie, bijvoorbeeld: "Als ik wist waar ik mijn inspiratie vandaan haalde, ging ik daar elke dag naartoe." Piet neemt zichzelf niet te serieus, maar zijn boeken des te meer. Elke zin telt.

En de belangrijkste zin moet wel de openingszin zijn. Na jaren van volgehouden studie kan Piet inmiddels alle openingszinnen onderbrengen in een van de volgende rubrieken. (a) Het weerbericht ("Het was een donkere, stormachtige nacht." - strips van Jommeke beginnen hier al te vaak mee), (b) een openingszin die de lezer meteen midden in de actie stort, (c) een mysterieuze openingszin die de lezer héél nieuwsgierig maakt, (d) een informatieve zin die de hoofdpersoon keurig introduceert of (e) een openingszin die doelbewust een bepaalde sfeer neerzet.


Afsluiten deed Piet nogmaals met Mijn vriend Hitler, de jeugdroman waarvan toevallig dit weekend bekend raakte dat hij op de KJV-lijst staat voor volgend schooljaar. Het sobere, goed gedocumenteerde verhaal laat zien waar de verbittering van de jongvolwassen Hitler deels vandaan kwam. Tegenwoordig zouden we dat proces radicaliseren noemen. Wat niet betekent dat het mysterie Hitler nu van de baan is. Dat krijgt geen enkel boek - fictie of non-fictie - voor elkaar.

Piet De Loof was een graaggeziene gast in de bibliotheek. Hij nam nog vlug een selfie en gooide die meteen op Facebook. Wie zichzelf tagde in de foto, maakte kans op een gratis boek. Bedankt, Piet! Tot de volgende!


vrijdag 20 mei 2016

0

Punt. Andere lijn. [3]

Vanaf de derde kleuterklas kunnen inwoners van Wevelgem, Gullegem en Moorsele terecht voor tekenen, schilderen, boetseren, knutselen en andere vaardigheden in het Atelier voor Plastische Kunsten. Het Atelier werd in 2008 een filiaal van de Koninklijke Academie voor Schone kunsten van Kortrijk en behoort sindsdien grotendeels tot het officieel deeltijds kunstonderwijs.

Op het einde van elk schooljaar stellen diverse leerlingen en cursisten hun werken tentoon. Dat gebeurt traditiegetrouw in de lente, in de bibliotheek. Dit jaar heet de expo Punt. Andere lijn. Van 13 mei tot en met 21 mei stellen de volwassenen tentoon. Hieronder een fotoimpressie!













woensdag 18 mei 2016

0

Auteursontmoeting met Frank Geleyn


"Ik word vooral graag gelezen door jongeren die niet graag lezen," grapte hij. Frank Geleyn, die al twintig jaar lang kinder- en jeugdboeken publiceert, was vanmorgen te gast in de bibliotheek. Hij kwam er vertellen over zijn oeuvre en schrijverschap voor een publiek dat bestond uit leerlingen van het tweede middelbaar.

Met zijn rechttoe rechtaan boeken zonder literaire grootspraak of ingewikkelde verhaalstructuur is Frank Geleyn een vaste waarde in de Lekker lezen-reeks van uitgeverij De Eenhoorn. De West-Vlaming staat voor: realistische verhalen met een gevoelige ondertoon.

Daarbij worden zware thema's niet geschuwd. Ik zwijg kaart pesten op school aan, en de manier waarop deze problematiek kan voortetteren als de andere leerlingen blijven zwijgen. In De Vesuvius en ik keert Siska terug naar Napels om in het reine te komen met het feit dat ze daar, door een Italiaanse reisgids, werd aangerand. Ik val gaat over zelfmoord: omdat hij niet meer wil leven, reist een jongen naar het Ierse eiland Skellig om daar de hand aan zichzelf te slaan.


"Reizen zorgen inderdaad vaak voor inspiratie," vertelde de auteur aan de leerlingen van het Sint-Pauluscollege. "Al kan een boek evengoed starten met een sprankeltje hier, een zinnetje daar, dat mij onder de douche komt aangewaaid." Geleyn schrijft één avond per week - op woensdag. Hij is leerkracht Frans op een middelbare school, en moet dus woekeren met zijn vrije tijd. Over een boek doet hij 100 à 200 uur, herschrijven inbegrepen.


"Waarom schrijft u?" vroeg een jongen in de zaal. "Schrijven komt voort uit een innerlijke noodzaak," antwoordde Geleyn. "Je boterham kan je er niet mee verdienen - laat staan dat je er rijk van wordt." De schrijver deed een rekensommetje. Een boek kost tussen de 15 en 20 euro; daarvan gaat

-40% naar de boekhandel
-15% naar de drukkerij
-15% naar de distributeur
-14% naar de uitgeverij
-10% naar de auteur (5 % bij kinderboeken)
-6% naar promotionele onkosten

"Een uitgeverij is op dat vlak een bedrijf als een ander, dat winst wil maken. Anders kan het niet voortbestaan." Een boek wordt gedrukt op 1800 exemplaren en daarvan moeten er minstens 1000 verkocht worden om uit de kosten te raken. Haal je dat cijfer niet, dan is de kans klein dat je met je volgende boek aan de bak mag. Uitgeverijen zijn nu al onderbemand. Daarom laat de beoordeling van een manuscript vaak maanden op zich wachten. Geleyn: "Dat is een beetje alsof je iemand de liefde verklaart - ik hou van jou - en dan een half jaar moet wachten op een repliek."


Kampioen is een van de populairste titels van Frank. Max traint zich te pletter voor een grote wielerronde die hij best wel eens zou kunnen winnen. Alle andere activiteiten komen hierdoor in de verdrukking. Als uitsmijter las Frank een spannende passage voor uit het slothoofdstuk. Een leerling mocht op een hometrainer - met wielertrui én petje - de passage uitbeelden, onder luide aanmoedigingen van de rest van de klas.

Bedankt, Frank! Tot de volgende keer.